Wij hebben korte lijnen en een goede overlegstructuur. In gezamenlijkheid ontwikkelen we onderwijs en voeren dat uit. We respecteren en benutten de diversiteit van alle partners, iedere school heeft zijn eigen identiteit. We hanteren gemeenschappelijke richtlijnen over de visie op kwaliteit en op het beroep, maar de vertaling naar de praktijk kan per stageschool verschillen. De gemeenschappelijke onderlegger is gebaseerd op vier kernwaarden, die we onlangs in ons kwaliteitszorgbeleid hebben gedefinieerd: ontwikkelingsgericht; samen; eenheid in verscheidenheid (ook wat de studentenpopulatie betreft); en – last but not least – lol! We vinden het belangrijk om hard te werken, maar het gaat ook om het plezier in en de passie voor dat werk.
Wat ons misschien van sommige andere partnerschappen onderscheidt, is de grote diversiteit. We hebben zeven lerarenopleidingen en zeven schoolbesturen, van openbare, katholieke en protestante signatuur. We hebben op bovenschools niveau overlegorganen. Natuurlijk is er een stuurgroep waarin de schoolbesturen vertegenwoordigd worden. Elk schoolbestuur vaardigt daarnaast een coördinator af, en die hebben eens per maand een gezamenlijk overleg over de uitvoering van ons beleid. Dat is als het ware het kloppend hart van onze organisatie. Daarnaast hebben we jaarlijks één of twee thematische werkgroepen. Daarin zijn ook de opleidingsinstituten vertegenwoordigd, zij het niet altijd alle zeven tegelijk ‘live’: sommige zijn aangehaakt via de mail.
Academische opleidingsschool ROS Rijnland (vo) deed mee aan de ‘pilot peerreviews’. Het partnerschap werkt naar aanleiding daarvan aan de aanscherping van het kwaliteitsbeleid, maar ontdekte ook een aantal succesfactoren van de peer review.