MBO
PO
VO

Interview | Naar school in het nieuwe normaal

Het gedenkwaardige schooljaar 2019-2020 loopt op z’n eind. Na maanden van fulltime online onderwijs gaan de scholen voorzichtig open en kunnen leraren-in-opleiding weer denken aan werkplekleren … op de wérkplek. Hoe groot de coronabeperkingen ook geweest zijn, ze hebben veel positiefs opgeleverd. We gingen bij drie partnerschappen na hoe ze de leerwinst van de afgelopen drie maanden gaan gebruiken in het komende ‘nieuwnormale’ schooljaar.  

Annelies Claassen is projectleider Samen Opleiden in het partnerschap Zutphen, waar zes vo-scholen van drie besturen samenwerken met de Hogeschool Arnhem-Nijmegen en de Radboud Docenten Academie. Age Wesselius is projectleider Opleiden in de School in het partnerschap Fryslân, een verband van zeven po-schoolbesturen en de NHL Stenden Hogeschool in Leeuwarden. Charlotte Kamphuis ten slotte is coördinerend schoolopleider bij het Deltion College, een mbo-instelling die een partnerschap vormt met Windesheim in Zwolle. Gedrieën kijken ze vooruit naar wat het nieuwe schooljaar zal brengen.

Hoe gaan jullie het werkplekleren volgend schooljaar vormgeven?
Claassen: “Er zijn in principe maar drie scenario’s mogelijk: ofwel de scholen zijn onverhoopt opnieuw dicht vanwege een tweede golf en het onderwijs is weer volledig digitaal; ofwel de scholen zijn weer helemaal open en er kan weer als vanouds ‘off line’ lesgegeven worden; ofwel het is iets ertussen in, met hybride onderwijs: deels off line, deels online. Voor alle drie die situaties hebben we de draaiboeken klaar liggen. De studenten zijn straks dan ook meer dan welkom, de werkplekbegeleiders zijn er klaar voor – degenen onder hen die zich na deze maanden van lockdown toch nog digitaal handelingsverlegen voelen, geven we op dat vlak extra begeleiding.”

Wesselius: “Als de scholen inderdaad open blijven, zal het werkplekleren er bij ons niet heel anders uitzien als in de tijd vóór de coronacrisis. Dus met fysieke stages voor de studenten op de scholen en met schoolopleiders die daar ook rondlopen. In ons partnerschap zien we bovendien nog een mooie win-win-situatie in het verschiet liggen rond de subsidieregeling voor extra ondersteuning voor leerlingen volgend schooljaar: we zijn er met bestuurders over in gesprek om daarop onze studenten in te zetten, zodat ze hun bijbaantje bij pakweg Albert Heijn kunnen opzeggen en in plaats daarvan wat kunnen bijverdienen op hun werkplek in het onderwijs.”

Kamphuis: “Het zal echt zoeken worden naar de vorm waarin we het werkplekleren gaan gieten. Het lastige is dat de opleidingsteams van zowel Deltion als Windesheim nog niet weten hoeveel studenten we volgend jaar fysiek mogen ontvangen – áls we ze al fysiek mogen ontvangen. Online is er de afgelopen tijd heel veel mogelijk gebleken, zowel voor de studenten als voor de begeleiders, maar online lesgeven is natuurlijk een heel andere tak van sport dan daadwerkelijk voor de klas staan. Onze studenten hebben zich fantastisch aan de nieuwe situatie aangepast, maar dat kwam ook omdat ze tot half maart samen een hechte groep hadden gevormd waarin ze zich veilig hadden kunnen ontwikkelen. Als de lockdown dan nog voortduurt, hebben de nieuwe leraren-in-opleiding in het komend schooljaar dat voordeel niet – ik vind dat heel erg spannend.”

Wat hebben de coronamaanden opgeleverd?
Kamphuis: “Het online communiceren met elkaar via met name Teams heeft tot een grote mate van flexibilisering geleid: het is heel gemakkelijk gebleken om met partijen in allerlei samenstellingen en settings snel bij elkaar ‘aan te schuiven’. Dat biedt zeker ook mogelijkheden voor volgend jaar. Hierdoor hebben we nu ook intensief contact kunnen blijven houden met andere partnerschappen in de regio. Met hen zijn we nu bezig om voor eerstejaars een nieuw traject op te zetten, waarin het mogelijk is om je te oriënteren op zowel mbo als vo. Dat gaan we vooral online aanbieden en het moet daarom nog verder vorm gegeven worden, maar qua kennisdeling zitten we nu al volop met elkaar om de – virtuele – tafel.”

Claassen: “Opmerkelijk genoeg is het Samen Opleiden de laatste maanden intensiever geworden. Crisis verbindt. Er zijn meer contactmomenten, kortere lijntjes, we houden de vinger nu nog beter aan de pols, kennisdeling via Teams, Zoom of Padlet verloopt soepeler dan hoe het vroeger ging. Er is geen school meer die geen maatwerk kan leveren nu we zo 1-op-1 hebben leren werken. Ook de verbinding tussen school en instituut is versterkt. Dus ook al gaan de scholen straks allemaal weer open, dan houden we die verworvenheden vast, het is geen kwestie van of-of, maar van en-en. Elkaar fysiek ontmoeten, maar ook digitaal.”

Wesselius: “We hebben gezien dat dingen als loopbaanbegeleiding, colleges en intervisies heel goed online kunnen – ook volgend jaar. Maar het werkplekleren is een ander verhaal. De po-scholen zijn als eerste open gegaan, nu zelfs hele dagen, dus wij zijn gelukkig alweer gewend geraakt aan de oude situatie in de nieuwe werkelijkheid: studenten lopen weer stage in de klas. Wat wel interessant is: we hebben er nu een prachtig platform voor digitaal lesmateriaal bij gekregen. Ontstaan op initiatief van de studenten, die de afgelopen tijd heel veel online lessen en arrangementen hebben gemaakt. Met zeer gevarieerde content: tekstueel, veel beeld- en videomateriaal tot en met een online escape-room toe! Dat platform gaan we zeker uitbouwen.”

Welk aspect krijgt in het nieuwe schooljaar vooral aandacht?
Wesselius: “We merken dat we meer moeten doen aan het optimaliseren van online interactie voor een betere kennisdeling. We gaan in het nieuwe curriculum dan ook vol insteken op Blended Learning en de leeromgeving die daarbij hoort. Een groep van onze expert-docenten op het gebied van ict en didactiek hebben daarvoor richtlijnen opgesteld en ondersteuningsmogelijkheden ingericht.”

Kamphuis: “Nog maar heel kort geleden hebben we afgesproken dat we leraren-in-opleiding extra ondersteuning gaan aanbieden als het gaat om afstandsleren. Ze mogen meedoen met de professionaliseringsworkshops en -trainingen voor docenten die we  aanbieden bij Deltion. We nemen met name de derde- en vierdejaars mee in dat aanbod. We hebben bij Deltion veel kennis in huis over afstandsleren, en we kunnen daarin desgewenst ook de docenten en studenten van Windesheim bijscholen.”

Claassen: “Wat je digitaal nooit voor elkaar zult krijgen, is het creëren van een hechte groepsdynamiek tussen de studenten onderling of tussen studenten en leerlingen op de stageschool – dat kun je online niet nabootsen. In de anderhalvemetersamenleving moet dat aspect dus veel aandacht krijgen. Want ik heb al gehoord dat er studenten zijn die zeggen: ‘Nou, als dit het onderwijs van de toekomst is, dan weet ik niet of ik nog wel leraar wil worden.’ En die kant mag het natuurlijk nooit op gaan.”

Download interview

 

 

Gerelateerde berichten